Tweede keus

Boek Leesfragment Interview Recensies

Interview

Hoe komt het dat jouw boeken zo makkelijk weg lezen? Wat is jouw geheim om dat te realiseren?

Het geheim? Ik denk niet dat het een geheim is. Ik schrijf boeken die ik zelf graag zou willen lezen. Daarbij houd ik in het oog dat het verhaal niet mag inzakken, dat het spannend, maar ook realistisch moet blijven. Er moet voldoende in gebeuren, maar weer niet zo veel dat het niet meer geloofwaardig is. Een juiste dosis spanning en realiteit dus.

Wat betreft je vorige boek “Tegenlicht” roemde de pers je over de lekker lopende dialogen. Hoe zet je een dialoog op en waar let je op?

Ik hoor als het ware mijn hoofdpersonen tegen elkaar praten. De personages leven voor mij, dus dan is het niet zo moeilijk om een goedlopende dialoog neer te zetten. Ik let er altijd wel op dat ik niet te veel spreektaal gebruik. Je kunt nu eenmaal niet letterlijk neerschrijven wat je in het dagelijks leven tegen elkaar zegt.

Hoe bereid je je voor op het schrijven? Doe je veel researchwerk?

Research hoort er inderdaad bij. Maar dat doe ik in de loop van het verhaal. Internet staat bij mij dan ook altijd open en naast het verhaaldocument ontwikkelt zich een behoorlijk groot bestand met alle weetjes en feiten van het verhaal en de situatie, tijd en plaats waar het zich afspeelt. Dingen die van belang zijn komen in dat bestand te staan. Het moet wel kloppen wat je schrijft, dat ben je aan je lezers verplicht, vind ik. Lezers nemen het vaak voor waar aan wat ze in een boek tegenkomen.

Heb je naast je drukke schrijfwerkzaamheden nog tijd voor hobby’s? En ben je dan echt ontspannen of denk je dan nog steeds over de ontwikkelingen in je verhalen na?

Ja hoor, hobby’s genoeg. Ik mag graag tuinieren, al hebben we een tuintje ter grootte van een postzegel. Het opkweken en de ontwikkeling van planten vind ik leuk om te zien en te volgen. Daarnaast ben ik gek op sudoku’s en fiets ik graag en veel. Lezen ontbreekt ook niet op mijn lijst. Heel veel lezen. Over het algemeen kan ik mijn verhaal dan wel even van me afzetten, maar soms ga ik juist fietsen als ik even vastzit in het verhaal. Om even een frisse wind door mijn bovenkamer te laten waaien. Als een verhaal eenmaal goed loopt, heb ik vaak niet meer het geduld om tussendoor veel andere dingen te doen, dan moet ik door met schrijven. Dus er is echt een tijd voor schrijven en een tijd dat ik andere dingen doe.

Je boeken gaan vaak over onderlinge relaties, zo ook in “Tweede keus”. Bestudeer je daarvoor mensen en kijk je hoe ze met elkaar omgaan?

Nee, niet echt. Ik ga puur op mijn eigen fantasie af. Daarnaast heb ik een behoorlijk inlevingsvermogen waardoor ik het niet moeilijk vind om mijn personages geloofwaardig op bepaalde situaties te laten reageren.

Wat vind je de leukste fase in het schrijfproces?

Het begin en het einde. In het begin popel ik om te beginnen met schrijven. Het verhaal zit dan in mijn hoofd en moet er uit. Tegen het einde kunnen mijn vingers niet snel genoeg typen om die laatste ontwikkelingen op papier te zetten. Omdat ik lang niet altijd weet waar en wanneer een verhaal eindigt is dat altijd weer spannend en leuk om te doen.

Pages: 1 2 3 4